Boek
Er zijn in de afgelopen dertig jaar verschillende visies geweest op de positie en de rol van de OR. Vooral van de zijde van de werkgevers- en werknemersorganisaties (al of niet in SER-verband) en van politieke zijde. Onder werkgevers is het 'bon ton' om te klagen over de OR. Ze vinden de vergaderingen met de OR vaak saai, weinig strategisch en nodeloos lang duren. Maar zonder het misschien hardop te willen zeggen, realiseren diezelfde werkgevers zich terdege dat de OR zonder meer nuttig kan zijn.
Bij professionals (zoals adviseurs en trainers) die met de OR werken, leeft de opvatting dat deze een groei naar volwassenheid heeft doorgemaakt en inmiddels een vaste waarde in organisaties is. De oorspronkelijke Wet OR uit 1971 werd door de vakbeweging niet met open armen ontvangen; aanvankelijk werd ze zelfs als concurrentie gezien. Medezeggenschap was prima, maar dan wel als vakbondswerk. Die houding is in de loop der jaren gewijzigd in één die samenwerking voorop stelt.
In deze aflevering komt aan de orde waarom het van belang is dat de OR een visie ontwikkelt op haar eigen functioneren en haar positie in de onderneming, de ondernemingscultuur en de maatschappij. Want alleen een zelfbewuste OR kan de belangen van de organisatie en haar werknemers optimaal vertegenwoordigen. «
Boeklezers.nl is een netwerk voor sociaal lezen. Wij helpen lezers nieuwe boeken en schrijvers ontdekken, en brengen lezers met elkaar en schrijvers in contact. Meer lezen »
Er zijn nog geen recensies voor dit boek.