Boek
‘Ik heb leren leven zonder vrijheid, zonder hoop. Waarom vind ik het dan verdomme zo moeilijk om te leven zonder geweten?’
Terugkeer ongewenst is het deels waargebeurde, deels fictieve levensverhaal van de Joodse acteur, entertainer en regisseur Kurt Gerron, die in de jaren twintig en dertig grote triomfen vierde in Berlijn. In 1933 vlucht hij voor de nazi's en belandt via Wenen en Parijs in Nederland, waar hij onder andere optreedt in de Joodsche Schouwburg in Amsterdam en meewerkt aan verschillende Nederlandse speelfilms. Samen met zijn vrouw Olga wordt hij in 1943 geïnterneerd in Westerbork en van daar gedeporteerd naar Theresienstadt, waar de SS hem vraagt een film te maken waarin het vernederende gettobestaan wordt voorgesteld als een paradijs. Weigeren betekent transport naar Auschwitz, meewerken betekent verraad aan zichzelf en aan zijn kunst. Dit duivelse dilemma vormt de kern van dit adembenemende boek, dat tevens een betoverende en tegelijk tragische liefdesgeschiedenis is.
Een fascinerende roman over de macht van het geweten, de kracht van de liefde en de desastreuze wending van de geschiedenis. «
Boeklezers.nl is een netwerk voor sociaal lezen. Wij helpen lezers nieuwe boeken en schrijvers ontdekken, en brengen lezers met elkaar en schrijvers in contact. Meer lezen »
Terugkeer ongewenst is het levensverhaal van Kurt Gerson, die al in de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog zijn naam veranderde in Kurt Gerron, omdat Gerson te Joods klonk. We kruipen als het ware in het hoofd van deze acteur/regisseur. Het verhaal begint in Theresiënstadt, een concentratiekamp waar zogenoemde A-prominenten naar toe gingen, zoals artsen, rechters en Joden die in de Eerste Wereldoorlog hadden meegevochten voor Duitsland. Theresiënstadt is een concentratiekamp waar net als in andere kampen weinig tot geen eten is, geen rechten, alles werd de gevangenen ontnomen. Het enige verschil was dat sommige A-prominenten een ruimte voor zichzelf hadden en niet hoefden te werken. Obersturmführer Rahm vraagt Gerron een film te maken over Theresiënstadt. In deze film wil de SS laten zien hoe goed de Joden het hebben. Het Rode Kruis hebben ze ooit om de tuin geleid tijdens een bezoek, en nu moet er een film komen waarin de nazi’s de wereld willen wijsmaken hoe goed ze de Joden behandelen. Gerson staat voor een dilemma, hij moet een film maken die iets laat zien wat er niet is, die het tegenovergestelde is van de werkelijkheid. Doet hij dit echter niet, dan wordt hij rechtstreeks met Olga, zijn vrouw, op de trein naar Auschwitz gezet. Nu komen allerlei herinneringen aan vroeger naar boven, vragen die hij zichzelf stelt. Had hij kunnen voorkomen in Theresiënstadt opgesloten te zitten? Had hij beter op moeten letten, meer aandacht aan de politieke situatie hebben moeten schenken en minder aan zijn carrière als acteur? Ik vond het indrukwekkend hoe Lewinsky deze gedachtegang weet te beschrijven. Het ongeloof over de hele situatie, het niet kunnen accepteren, elke keer hoop of angsten hebben. Elke keer denken dat het toch niet erger kan worden (wat dan wel degelijk blijkt te kunnen) en dan verlangend terugkijken naar diezelfde periode. Het is een boek over machteloosheid, hoop, geweten, klem zitten in een vreselijk dilemma. Maar het is ook een boek over de kracht van fantasie, hoe je met fantasie jezelf geestelijk in leven kunt houden.