Boek
Hubert Korneliszoon Poot (1689-1733) was bij zijn leven een hype. Het was in Nederland nog nooit vertoond dat een boer tegelijk dichter was. Zijn eerste bundel Mengeldichten (1716) met vooral liefdespoëzie kreeg meteen een paar herdrukken. Zijn tweede boek, Gedichten, werd chic uitgegeven met tal van illustraties bij de afzonderlijke gedichten, waaronder het bekende Akkerleven, 'Hoe genoeglijk rolt het leven / des gerusten landmans heen', dat onder dit brave begin heel wat ironie verbergt. Zijn roem is zo groot dat men hem op de boerderij opzoekt: kijk, hij dicht.
Als eerste literator probeert hij van de pen te leven, door poëzie in opdracht te schrijven en redactioneel werk te verrichten. Daartoe verhuist de boerenzoon van Abtswoude naar Delft. Het loopt op een pijnlijke mislukking uit. Hij raakt in een depressie en keert naar huis terug. Die teleurstelling is hij nauwelijks te boven gekomen. Maar wel heeft hij zijn poëzie een nieuwe wending gegeven. In zijn laatste jaren heeft hij vernieuwende gedichten geschreven met de natuur als uitgangspunt. Ook had hij de durf zijn schrijnende levenservaringen een plaats in zijn poëzie te geven.
Riet Schenkeveld-van der Dussen, tot 2002 hoogleraar historische Nederlandse letterkunde aan de Universiteit Utrecht, schreef in 1968 een dissertatie over de poëzie van Poot. Nu, veertig jaar later, brengt ze een samenvattend beeld van deze dichter.
Het omslag is ontleend aan een schilderij van Claude Lorrain, Landschap met Apollo en Mercurius, 1645. Wie wil, kan dit schilderij als symbolisch voor Poot opvatten. Terwijl Apollo speelt en zingt, rooft Mercurius het vee dat de dichtergod moest hoeden. Apollo's zoon, de boer Poot, dicht, maar de god van handel en geld verleidt hem niet langer op de koeien te passen door die aan zijn aandacht te onttrekken.
«
Boeklezers.nl is een netwerk voor sociaal lezen. Wij helpen lezers nieuwe boeken en schrijvers ontdekken, en brengen lezers met elkaar en schrijvers in contact. Meer lezen »
Er zijn nog geen recensies voor dit boek.